Denk daarbij aan de rol van voorzitter, scheidsrechtercoördinator en categoriecoördinator. Op dit moment worden deze rollen ingevuld door personen die al een of meer andere essentiële rollen invullen. Betreffende personen worden dus nog eens extra belast. Geen toekomstbestendige situatie zoals je zult begrijpen. Indien deze rollen niet ingevuld worden dan leidt dat op termijn tot problemen en moeten er wellicht maatregelen genomen worden die ten koste gaan van veel voetbalplezier. Dat kan voor een voetbalvereniging natuurlijk nooit de bedoeling zijn.
Onder leiding van Johan Vermeulen, Procesbegeleider bij de KNVB, zijn Yvonne van Bokhoven, Ingrid van Nieuwenhoven, Edwin Daris, Perry Schoenmaker, Luciën van den Heuvel en Robert Melskens de afgelopen anderhalf jaar geregeld bij elkaar gekomen om een strategie te bedenken om dit probleem te verlichten, of nog beter, op te lossen.
De aanpak die de werkgroep uiteindelijk heeft bedacht is drieledig. Ten eerste heeft ze een aantal concrete initiatieven bedacht in een poging direct meer vrijwilligers te werven. Zo is er een folder ontwikkeld die o.a. tijdens de laatste Sport- en Speldag is uitgedeeld. Daarnaast is er op de achterzijde van het jaarlijkse evaluatieformulier een formulier geprint waarmee potentiele vrijwilligers konden aangeven in welke rol ze geïnteresseerd waren. Ook is er een stoepbord aangeschaft waarmee we een tweetal vacatures hebben belicht en zijn er vacatures op de website geplaatst. Dit heeft tot enkele reacties geleid die nog opvolging krijgen.
Met het tweede deel van de aanpak wil de commissie een verandering in de cultuur tot stand te brengen. Ouders maar ook leden gaan er te veel vanuit dat de noodzakelijke werkzaamheden wel uitgevoerd worden. Zo eenvoudig is het zeker niet en iedereen mag gaan beseffen dat bijdragen aan de werkzaamheden binnen de vereniging een normaal onderdeel van het lidmaatschap is. Alhoewel de eerder genoemde “grafische uitingen” wel onderdeel uitmaken van een poging tot cultuurverandering kan deze daarmee alleen uiteindelijk niet bereikt worden. Cultuurverandering moet juist tot uiting komen in de wijze waarop wij als vereniging de dingen aanpakken, dat is het belangrijkste. De werkgroep heeft voor dit facet nog geen kant en klaar antwoord. Mogelijk is hiervoor een verandering in beleid noodzakelijk. Maar zeker is dat hiervoor meer initiatieven noodzakelijk zijn.
Het derde deel van de aanpak beoogd het werven van vrijwilligers een belangrijkere rol te geven binnen de vereniging. De werkgroep denkt dan ook dat voor dit werk een vrijwilligerscoördinator moet worden aangesteld of beter nog een vrijwilligerscommissie gevormd moet worden.
Helaas heeft de commissie geen direct en pasklaar antwoord voor het probleem. De meeste initiatieven beogen een verbetering van de situatie op de wat langere termijn. Er is nog genoeg werk aan de winkel en de werkgroep heeft daarom inmiddels ook weer een aantal nieuwe initiatieven op de plank liggen.
